Werknemers scholen zich massaal bij om hun baan in de crisistijd te behouden. Ze betalen dat steeds vaker uit eigen zak om hun functie veilig te stellen. Dat blijkt uit een onderzoek van de Leidse Onderwijs Instellingen (LOI) onder 3000 studenten, waarbij onderscheid is gemaakt tussen studiemotivatie voor en na het uitbreken van de financiële crisis.
Werkgevers tonen zich sinds de crisis minder vaak bereid om een studie naast de baan te betalen. Zo’n 60% van de werknemers die een studie erbij doet, geeft aan te verwachten dat door de gekozen opleiding de positie binnen de eigen organisatie wordt verstevigd. Als er een studie gekozen wordt ligt de focus niet meer, zoals voorheen, op een snelle carrièrestap of verandering van een baan.
„Studenten geven duidelijk aan het lot in eigen handen te willen nemen. Dat de werkgever daar minder aan bijdraagt dan voorheen, vinden ze niet erg. Eigen geld wordt geïnvesteerd in kennis”, licht Jan Jelle Bouma van de LOI toe.
Opvallend is de verdubbeling van het aantal aanmeldingen voor op de cursus ’beleggen in de praktijk’, nadat de crisis uitbrak. Bouma: „Mensen willen weten waarom ze geld hebben verloren en of hun oude dag wel goed is verzorgd door de pensioenfondsen. Maar ook de beurs volgen en begrijpen hoe de hele financiële wereld in elkaar kon storten.”
Bij de LOI (jaarlijks 100.000 studenten), is de afgelopen maanden de vraag naar de studies pedagogiek, personeel en arbeidsstudies, informatica, detailhandel en psychologie flink gestegen. Vooral personeel van financiële instellingen, waar veel banen verdwijnen, meldt zich aan.
| Bron: | De Telegraaf |
| Datum: | 23 maart 2009 |